Burgeroorlog Spaanse (1936-1939)

Thema’s > Spaanse burgeroorlog (1936-1939)

Alfons XIII van Spanje

Alfons XIII van Spanje

Sinds 1923 was Spanje een monarchie, maar in 1931 kwam hier een einde aan. In april van dat jaar trad namelijk de dictator Primo de Rivera, die door de koning gesteund werd, af. Hierdoor liepen de spanningen in Spanje hoog op. De anarchisten, communisten en trotsisken stonden lijnrecht tegenover conservatieven, zoals de grootgrondbezitters, de kerk en het leger.
De gemeenteraadsverkiezingen van 12 april 1931 werden gewonnen door de republikeinen. Als gevolg hiervan vluchtte koning Alfons XIII naar Marseille.
Een paar jaar later werd een volksfrontregering gevormd, die revolutionaire maatregelen nam. Zo werd echtscheiding voortaan toegestaan, mocht de kerk geen rol meer spelen in het onderwijs en werd grootgrondbezit verdeeld onder de arme boeren. Ook werden er maatregelen genomen wat betreft het leger.
Deze (2e) republiek duurde niet lang. Op 13 juli 1936 werd de monarchistische leider Calvo Sotelo vermoord door republikeinen. Deze moord leidde tot een opstand.

Op 17 juli 1936 pleegden enkele rechtse officieren onder generaal Francisco Franco een staatsgreep.

Francisco Franco was hoofd van de generale staf en in 1936 door de Volksfrontregering van Azaña y Diàz naar de Canarische eilanden verbannen. Hij reisde op 19 juli, enkele weken na zijn verbanning, naar Spaans Marokko. Hij nam de leiding van de opstand over, nadat generaal Sanjurjo, die oorspronkelijk als leider aangewezen was, tijdens een vliegtuigongeluk omgekomen was. De opstandelingen kregen snel in vele steden de macht in handen, onder meer in Sevilla, Granada, Córdoba, Salamanca, Zaragoza, Burgos, Valladolid en in Vigo. In Madrid, Barcelona en nog enkele andere steden mislukte de staatsgreep, doordat soldaten, arbeiders en politie zich verzetten. De Spaanse burgeroorlog was begonnen.

Binnen enkele dagen vormden de opstandelingen in Burgos een junta. Nog datzelfde jaar eind september werd Franco uitgeroepen tot leider van de nationalistische Spaanse regering en de Spaanse staat. Aan het begin van die maand werd nog een regering van socialisten, communisten en linkse republikeinen gevormd onder leiding van Largo Caballero, maar die regering werd niet erkend.

Ondanks de successen hadden Franco en zijn bondgenoten ook tegenslagen. Het lukte Franco bijvoorbeeld niet om in Madrid de macht in handen te krijgen. Hierdoor keerde Franco zich naar het noordwestelijk deel van Spanje dat ze dan ook snel veroverd hadden.

Tijdens deze oorlog kwamen velen vrijwilligers uit allerlei Europese landen helpen. Italië bijvoorbeeld ging Franco helpen. De Sovjet-Unie daarentegen steunde de republikeinse regering. Frankrijk en Groot-Brittanië bleven liever neutraal, ondanks hun belangen in het Middelandse-Zeegebied.

Op 28 Maart 1939 kwam, door inname van de hoofdstad Madrid, een eind aan deze oorlog. Madrid was het laatste republikeinse bolwerk en had zich tot de laatste minuten verdedigd. Franco eiste nu een volledige overgave. De regeringsleider Juan Negrín vluchtte naar Frankrijk. De Spaanse nationalistische troepen trokken zonder strijd de stad binnen. Dit betekende de overgave van Madrid aan de troepen van Franco

Het belangrijkste gevolg van de oorlog is dat Spanje veranderde van een republiek in een dictatuur. Franco was de oorlog begonnen, omdat hij tegen de republiek was en dat dus ook wilde veranderen. Hij won de oorlog en hij werd ook leider van Spanje. Er veranderde dus nogal wat.

Tijdens de Spaanse burgeroorlog en de daarna volgende dictatuur vielen in totaal 38.000 slachtoffers onder Franco’s nationalisten, tegenover 80.000 onder de anarchisten en socialisten.

De Wet op de Historische Herinnering werd op 31 oktober 2007 goedgekeurd in het Spaanse parlement. Premier José Luis Rodríguez Zapatero, wiens grootvader door volgelingen van generaal Francisco Franco werd gefusilleerd, wil er eerherstel mee bereiken voor de slachtoffers van de burgeroorlog (1936-1939) en de 36-jarige dictatuur die daarop volgde. Sinds de invoering van de wet mag er geen eerbetoon meer worden gehouden in de ‘Vallei der Gevallenen’. Dat is de bergkathedraal die Franco heeft laten bouwen, waar hij begraven ligt en waar jaarlijks rond zijn sterfdag herdenkingen plaatsvinden. Afgelopen november waren er nog hevige rellen. Verder worden rechtszaken van militaire tribunalen ongeldig verklaard, krijgen kinderen van ballingen een Spaanse nationaliteit en mogen massagraven met ministeriële steun worden geopend.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.